Romeinse soldaat droeg caligae (sandalen).
Deze zware sandaal was erg stevig en ging lang mee. De zool bestond
uit verschillende lagen leer, was ongeveer 20 mm dik en versterkt met
kopspijkers. Het bovenste gedeelte was uit één stuk gesneden en werd
vanuit de hiel vastgenaaid. De voorkant werd geregen.'s Winters konden
deze sandalen met stof of bont worden gevoerd om warmere voeten te
houden. Keizer Caligula (oorspronkelijk Gaius) kreeg deze bijnaam
'schoentje', omdat hij reeds als kind speciaal voor hem gemaakte caligae
droeg.